Kunstgebit en prothese

Een mooi gebit is soms een kunstgebit, een gebitsprothese.
Deze moet extra goed verzorgd worden.

Een prothese vervangt uw eigen gebit. Prothese is een ander woord voor kunstgebit – een gebit gemaakt van kunststof of porselein.

Schoon

Het is belangrijk uw prothese goed schoon te maken. Voedsel- en speekselresten hechten zich na korte tijd aan het gebit, waardoor de prothese stroef kan worden. Nieuw materiaal hecht zich daardoor nog makkelijker aan de prothese. Zo kunnen bacteriën en schimmels groeien, en deze zorgen voor ontstekingen. Maak uw prothese daarom elke dag, na iedere maaltijd, zowel aan de binnen- als buitenzijde goed schoon. Door deze reiniging krijgen bacteriën en schimmels geen kans.

  • Borstel en zeep
    De beste en goedkoopste manier om uw prothese schoon te maken, is met de hand. Gebruik hierbij een borstel, water en vloeibare zeep. Met uw nagel of met een speciale protheseborstel kunt u in alle hoeken en spleetjes komen. Na afspoelen met koud water is de zeepsmaak verdwenen. Leg voor de zekerheid een doek in de wasbak of vul deze met water. Dan beschadigt de prothese niet als die uit uw hand glipt.
  • Reinigingstabletten
    Schurende reinigingsmiddelen of tandpasta’s raden we af. Hierdoor wordt het oppervlak van het kunstgebit juist ruwer, met meer aanslag als gevolg. Veel mensen gebruiken reinigingstabletten. Deze lossen op in water. Hier ligt de prothese een tijd in. Deze reinigingsmiddelen raden wij af. Ze maken niet goed schoon en soms tast het juist materiaal van het kunstgebit aan.
  • Hardnekkige aanslag
    Tandsteen, sommige voeding of medicijnen geven soms een aanslag op de prothese die u niet weg kunt poetsen. Vraag in dit soort gevallen bij de controle aan uw tandarts of de prothese kan worden gereinigd en gepolijst.

Mondhygiëne

Het schoonhouden van de mond, mondhygiëne, is bij een kunstgebit extra belangrijk.

  • Tandvlees
    Juist als u geen tanden en kiezen meer heeft, is het verstandig de mond goed te blijven reinigen of poetsen. Borstel het tandvlees van uw onder- en bovenkaak met een zachte tandenborstel en eventueel met wat tandpasta. Op deze manier maakt u niet alleen uw mond schoon, maar verbetert u ook de doorbloeding van het tandvlees.
  • Tong
    Besteed speciale aandacht aan het reinigen van uw tong. De aanslag die daar zit, zorgt vaak voor een onfrisse adem. Probeer met de borstel of een spatel het achterste van uw tong schoon te maken.
  • Gevoelige mond
    Heeft u een gevoelige mond? Probeer dan samen met de tandarts achter de oorzaak te komen. Spoeldrankjes om de mond minder gevoelig te maken, zorgen voor vermindering van de klachten, maar halen de oorzaak niet weg.

In of uit?

U kunt uw kunstgebit niet de hele tijd dragen. De meeste mensen slapen zonder prothese.

  • Voor het slapen
    Wij adviseren u om uw prothese voor het slapen uit te doen. Tijdens de slaap is er een grote kans dat u onbewust met de kiezen klemt of knarst. Zo beschadigt het tandvlees onder de prothese. Dit zorgt voor ontstekingen en een versnelde botafbraak. Door uw prothese een paar uur uit te laten, geeft u het tandvlees de kans te ontspannen, waardoor het beter doorbloed raakt. Heeft u er veel moeite mee uw kunstgebit ’s nachts uit te doen? Overweeg dan om alleen de bovenprothese te dragen.
  • Bewaren
    Bewaar de prothese na reiniging in een afgesloten bakje met een paar druppels vers water. Zo droogt uw kunstgebit niet uit. Leg de prothese niet helemaal in water, want dat bevordert kalkafzetting. Als u een beetje tafelazijn aan de bewaarvloeistof toevoegt, voorkomt u kalkafzetting (tandsteen). Als er al kalkafzetting op uw prothese zit, zorgt de tafelazijn ervoor dat u dit makkelijker kunt verwijderen.

Kauwen en bijten

Goed kauwen is een kunst! Het houdt uw kunstgebit en uw mond in goede staat.

  • Dubbelzijdig kauwen
    Veel mensen hebben bij het kauwen voorkeur voor een kant. U kauwt bijvoorbeeld liever rechts dan links. Leer uzelf aan om zeer bewust aan beide zijden tegelijk te kauwen. Dit vraagt oefening! Als u uw prothese maar aan een kant gebruikt, belast u namelijk het tandvlees en het kaakbot ongelijk. Uw kauwkracht wordt er minder door. En uw prothese heeft minder houvast. Door aan beide kanten te kauwen, traint u uw kauwspieren veel me en blijft uw kauwkracht langer op een goed niveau.
  • Bijten
    Wen eraan om niets met uw voortanden af te bijten. De voortanden raken elkaar boven en ander niet of bijna niet. Bijt u wel met uw voortanden, dan wordt het bot overbelast. Hierdoor verliest de prothese veel van haar houvast.
  • Minder kiezen
    Het aantal kiezen in uw prothese is kleiner dan in uw eigen gebit. U mist nu de verstandskies en de tweede grote kies. Ook is vaak de tweede kleine kies naar achteren verplaatst. Deze aanpassingen hebben technische redenen. De onderprothese heeft de neiging bij een te groot aantal kiezen sneller te verschuiven of te kantelen. Het gevolg is dan een losse prothese die voor pijn zorgt.

Porselein of kunsthars?

Vaak worden porseleinen tanden en kiezen gebruikt, omdat deze minder snel slijten. Deze zijn echter wel kwetsbaar.
Er kan soms beter gekozen worden voor kunsthars. Zeker als de kaken nog erg hoog zijn, is met kunsthars beter te werken. De vorm van de kiezen is zo dat u bij het malen van het gebit overal evenveel contact blijft houden. Hierdoor wordt de kaak gelijk belast. Dit is goed voor het behoud van houvast op langere termijn.

Kleefmiddelen

Het gebruik van kleefcrème of -poeder (plakken) is niet verkeerd als dit u helpt over een bepaalde drempel te komen. Maar het is erg belangrijk dat u deze middelen niet gebruikt om een slechte pasvorm of een slecht houvast op te lossen. Bij een slechte pasvorm wordt uw kaak niet goed belast, wat kan leiden tot schade aan tandvlees en bot. Overleg daarom met uw tandarts als u plakmiddel of kleefpoeder wil gebruiken.

Controle

Laat de prothese en uw mond in elk geval iedere twee jaar controleren. Slijtage van de prothese ontdekt u meestal zelf. Veranderingen in de mond merkt u echter vaak niet, omdat dat heel langzaam gaat. U kunt er irritatie en ontstekingen door krijgen, met als gevolg een versnelde afbraak van het bot. Dat moeten we proberen te voorkomen.

Opvullen

Soms is het nodig om uw prothese aan te passen door de prothese op te vullen. Dit kan meestal in een dag gebeuren. Is er zo veel bot geslonken dat de kiezen niet goed meer op elkaar komen, dan kunnen deze worden ‘overgezet’. Dit duurt meestal enige dagen tot een week.

Vervangen

Uw tandarts kan u ook adviseren een geheel nieuwe prothese te nemen. Dat is nodig als de prothese niet goed meer past, vaak breekt of als de kiezen in het geheel niet goed meer op elkaar komen. Omdat het slinkproces geleidelijk gaat, bent u zich hiervan niet direct bewust. Het is mogelijk dat uw omgeving u er wel eens op heeft gewezen dat uw gezicht wat ingevallen lijkt. De beslissing om een prothese te vervangen, neemt u in overleg met uw tandarts.

Reparatie

Raakt een tand of kies los, of breekt uw prothese? Laat deze dan door de tandarts of tandprotheticus maken. Gebeurt dit regelmatig, dan is meestal sprake van een verkeerde belasting. Neem hierover contact op met uw tandarts.

Klachten

Soms is het verstandig uw tandarts tussen de controles door te raadplegen, zoals bij:

• irritatie of pijn
• loszittende gebitsprothese(s)
• ontstoken mondhoeken
• esthetische problemen (het is niet mooi)
• kauw- of spraakproblemen
• vermoeid of pijnlijk gevoel van de kaken of aan de zijkant van het hoofd
• pijn bij het oor of bij het kaakgewricht
• gevoel van misselijkheid of kokhalzen bij het dragen van de prothese
• vaak voorkomende reparaties

Ook voor andere klachten kunt u contact opnemen met uw tandarts.