Hoe gaat sealen?

Sealen is een laklaagje over kiezen en tanden. Het sluit de groeven af, zodat er minder kans is op tandbederf. Sealen gebeurt in een aantal stappen:

  • Reinigen: eerst maakt de tandarts of de mondhygiënist de kies goed schoon met een ronddraaiend borsteltje of een instrument.
  • Droog houden: om te sealen moeten de tanden en kiezen droog zijn. Anders plakt het niet goed. Daarom houdt de tandarts of mondhygiënist de kies met wattenrolletjes en een speekselzuiger droog. Soms spant de tandarts of mondhygiënist een heel dun rubber lapje om de hele kies of om meerdere kiezen. Dit wordt ook wel een rubberdam genoemd. Een klemmetje houdt het lapje op zijn plaats. Het klemmetje drukt soms iets op het tandvlees, maar dat went meestal snel. Daarna spuit hij de kies met een luchtspuit droog.
  • Etsen: om het laagje goed te laten hechten, ruwt de tandarts of mondhygiënist de groefjes en putjes in het glazuur op met een zure vloeistof of gel. Dat heet etsen.
  • Spoelen: de zure vloeistof of gel wordt weggespoeld met water. Dat gebeurt met een lucht-/waterspuit. Het water wordt opgezogen met een speekselzuiger (een soort klein stofzuigertje, maar dan voor spuug).
  • Sealen: nu kan de tandarts of mondhygiënist het laagje seal op de kies aanbrengen.
  • Uitharden: nu moet het materiaal uitharden. Dat kan vanzelf gaan of met een lamp die blauw licht geeft. Als de tandarts of mondhygiënist een lamp gebruikt, beschermt hij soms de ogen met een oranje schermpje.
  • Test: Tenslotte controleert de tandarts of mondhygiënist of het laagje goed vast zit.